Verbod thermische voertuigen euro6d in lage emissie zones (LEZ) Antwerpen en Gent: technologisch niet gefundeerd en zelfs onnodig
De beslissing om dieselwagens in 2031 en benzinewagens in 2035 niet meer toe te laten in de Lage Emissie Zones (LEZ) van Antwerpen en Gent staat haaks op de technologische realiteit.
De nieuwe dieselwagens (sinds norm Euro6d) respecteren de officiële grenswaardenvoor luchtkwaliteit (fijnstof en NOx) wat wordt aangetoond in de nieuwe verplichte officiële tests in reële rij-omstandigheden. Er is dus geen enkele wetenschappelijke noch objectieve redenom Euro6d wagens in een LEZ te verbieden, in tegenstelling tot oudere dieselwagens die geleidelijk aan worden uitgesloten.
Een LEZ moet technologieneutraalzijn en haar toegang zou enkel moeten gebaseerd zijn op officiële uitstootnormen in plaats van a priori specifieke technologieën uitsluiten.
Door de geleidelijke vernieuwing van het wagenpark, zullen vrijwel alle wagens op de weg in 2031 minstens de norm Euro6d hebben[1] en zo de uitstootnormen respecteren waardoor een verbod voor die wagens onnodig is.
De ban is discriminerendomdat fijnstof hoofdzakelijk komt van het remmen en van de bandenslijtage en dus ook en vooral bij ‘zwaardere’ elektrische wagens die evenwel niet onder het toekomstig verbod vallen.
Bij eventuele tijdelijke lokale emissie-overschrijdingen zijn tijdelijke lokale maatregelennodig in plaats van een algemeen verbod in de hele stad dat alle automobilisten treft alsook het economisch en sociaal leven in die steden.